Deze website maakt gebruik van Cookies

Deze website gebruikt cookies om deze te analyseren en de website te verbeteren. Meer weten over deze cookies, lees meer.

Maarten Hartrich noemt zijn woning “een van de mooiste huizen van Tuindorp”. De helft van tijd wonen zijn beide dochters bij hem. Daarnaast heeft hij twee huurders. Levensloopbestendig is het huis niet. Maar nu al nadenken over de toekomst? Dat doet hij niet. “Komt tijd, komt raad.

“In 2000 kwam ik hier met mijn toenmalige vrouw wonen. We kozen het huis vanwege de ruimte, het parkeergemak en de inpandige garage. We hadden een kinderwens, en wilden er een fijn gezinshuis van maken”, vertelt Maarten. Daar was de twee-onder-een-kapper heel geschikt voor: het huis, aan de rand van de wijk, is 250 vierkante meter groot en telt zes slaapkamers.

image

Alle gemakken

Er moest wel flink worden geklust voordat het droomhuis klaar was. “Met hulp heb ik de woning helemaal gestript en daarna gerestaureerd in de jaren 30-stijl. Ook hebben we het huis voorzien van alle moderne gemakken: zo is de oorspronkelijke kleine keuken uitgebouwd tot een grote leefkeuken. Dat is mijn favoriete plek in huis geworden. Een echte ontmoetingsruimte.”

Dochters

Soms lopen dingen anders dan gepland. Maartens huwelijk eindigde in een scheiding. Hij bleef zelf in het huis wonen. Zijn dochters Franka en en Linne zijn inmiddels 11 en 6, en wonen de helft van tijd bij hem.

image

Huurders

Maar dat is niet Maartens enige gezelschap. “Sinds 2007 heb ik huurders in huis. Omdat ik de woning anders niet meer kon betalen, maar ook voor de gezelligheid. Onze huidige huurders zijn 30 en 25 jaar. Ze maken echt deel uit van het gezin, en dat is leuk. Naast mijn dochters heb ik namelijk geen familie. Met z’n vijven doen we spelletjes, we zitten ’s zomers in de tuin en eten samen.”

"In een flat zou ik het gevoel hebben achter de geraniums te zitten"

Eigen kamer

“Mijn dochters slapen op één kamer. Laatst vroegen ze of ze allebei een eigen kamer konden krijgen. Ik heb toen gezegd dat we het geld van de huur eigenlijk nodig hebben. Maar als ze écht wilden, zouden we het financieel ook met één huurder kunnen redden. Daar schrokken ze van. Want dan moest er dus een huurder weg? Dat wilden ze helemaal niet! ‘Ze zijn een soort broers voor ons’, kreeg ik te horen.”

image

Woontoekomst

Sinds kort denkt Maarten weleens na over zijn woontoekomst. Wat als er iets gebeurt waardoor hij minder mobiel is? “Ik realiseer me dat ik hier niet levensloopbestendig woon. Maar ik heb in mijn leven altijd gedaan waar ik zin in had. Of het nu ging om werk of wonen. Nooit heb ik mij laten leiden door angst. Dat ga ik nu ook niet doen. Je kunt mazzel hebben of pech. Komt tijd, komt raad.”

Leuke mensen

“Ik heb dan ook besloten dat ik hier blijf zolang ik kan. Ik beschouw dit huis als mijn levenswerk en de buurt bevalt mij. Er wonen leuke mensen en soms komen we bij elkaar over de vloer. Maar we bemoeien ons niet met elkaar. Dat vind ik belangrijk, want daar heb ik echt een allergie voor.”

 Achter de geraniums

“In een flat zou ik het gevoel hebben achter de geraniums te zitten. Daar kan ik altijd nog naar toe als dat ooit nodig blijkt. Hier kan ik in de tuin naar de vogeltjes luisteren. En ik vind de ruimte in mijn huis heerlijk! Ik kan mij even terugtrekken in mijn eigen sfeer als ik daar behoefte aan heb. Dat wil ik allemaal niet missen!”

image

Fotografie: Puck ’t Hart; Tekst: Saskia Engbers.