Deze website maakt gebruik van Cookies

Deze website gebruikt cookies om deze te analyseren en de website te verbeteren. Meer weten over deze cookies, lees meer.

‘Toen ik 60 was, heb ik mijn vierkamerflat na 33 jaar verkocht en ben ik naar een kleiner senioren huurappartement gegaan. Heerlijk. Geen zorgen meer om hypotheek en andere rompslomp van een eigen huis. Verwarming wordt jaarlijks nagekeken, brandweer komt jaarlijks langs, ramen worden buiten gezeemd. Auto in een gezamenlijke garage.´

´Verkoop je huis als je zestig bent, dan ben je nog flexibel en kan je alles nog aan. Ga op die leeftijd langzamerhand alles weg doen wat je niet meer gebruikt, de kastenvullers. Ik ben nu bijna 66, ik geniet en ben dankbaar dat ik die beslissing, dankzij mijn ouders heb overgenomen.’ Aldus iemand die de stap van koopwoning naar huurwoning zette. Overweegt u dat ook, denk dan aan de volgende punten.

Waarom zou u eigenlijk verhuizen?

Senioren als u denken geregeld na over het verkopen van de huidige woning, om te gaan huren. Zij stellen zichzelf vragen als:

  • ‘Nu gaat het nog goed, maar hoe lang nog?’
  • ‘Wordt het niet te groot allemaal?’
  • ‘Zijn alle ruimtes nog veilig en bereikbaar als ik achteruit ga?’
  • ‘Zou ik in een kleiner huis minder woonlasten hebben?’
  • ‘Hoe lang blijven de mensen in mijn omgeving hier nog wonen?’

Zij realiseren zich ook dat met de jaren de opties minder worden. Nu kunt u nog kiezen voor bijvoorbeeld een appartement met alle voorzieningen vlakbij (winkels, apotheek, openbaar vervoer). Dat kan later misschien niet meer. Dan wordt er als het ware voor u gekozen. Dat alles kan reden geven om van een koopwoning naar een huurwoning te gaan.

Uw koopwoning verkopen: de financiën en de fiscus

Als u uw koopwoning verkoopt, vallen bepaalde lasten en lusten weg:

  • Geen maandelijkse hypotheek
  • Geen jaarlijkse Onroerend ZaakBelasting (OZB)
  • Geen erfpacht (voor zover van toepassing)
  • Geen onderhoudskosten
  • Hypotheekrenteaftrek vervalt (waardoor u meer belasting betaalt)
  • Eigenwoningforfait vervalt (waardoor u minder belasting betaalt)

U moet bij verkoop uw volledige hypotheek aflossen. Dat is geen probleem als u overwaarde heeft. Anders heeft u een restschuld, die u meteen in één keer moet aflossen.

Let op de looptijd van uw hypotheek!

Sommige hypotheekproducten hebben een minimale looptijd, volgens de Belastingdienst. Dat geldt bijvoorbeeld bij een spaarhypotheek. Die moet minstens 20 jaar lopen. Stopt u er eerder mee, dan krijgt u een naheffing van de fiscus. Vraag bij twijfel uw hypotheekbank of financieel adviseur voor meer informatie over de looptijd van uw eigen hypotheek.

Overwaarde: geen inkomstenbelasting

Heeft u overwaarde? Daar hoeft u geen inkomstenbelasting over te betalen. U moet het wel aangeven bij uw aangifte over het jaar van verkoop.

Op zoek naar een huurwoning

Vervolgens gaat u op zoek naar een huurwoning. Er zijn in Nederland twee soorten huurwoningen: sociale-huurwoningen en woningen in de vrije sector.

  • Sociale-huurwoningen worden verhuurd door woningcorporaties.
  • Woningen in de vrije sector worden verhuurd door woningcorporaties, particuliere verhuurders en (grotere) vastgoedeigenaren.
  • Woningen in de vrije sector hebben een maandelijkse huur hoger dan € 710,68 (prijspeil 2018).
  • Om voor een sociale-huurwoning in aanmerking te komen, moet u aan bepaalde voorwaarden voldoen:
    • Ingeschreven staan bij de woonruimte-verdeler in uw gemeente
    • Het totale bruto jaarinkomen van uw huishouden mag in 2018 niet hoger zijn dan € 41.065,- .
  • Bekijk hier huurwoningen in Utrecht.

Wel of geen huurtoeslag?

Voor woningen in de vrije sector krijgt u geen huurtoeslag. Bij een sociale-huurwoning hangt de toeslag af van uw inkomen. Er wordt bij de toekenning van huurtoeslag niet gekeken naar eventueel spaargeld (uw overwaarde!).

Hoe zit het met de jaarlijkse huurverhoging?

Bij woningen in de vrije sector geldt er geen maximale jaarverhoging. De verhuurder mag dus de huur naar eigen inzicht verhogen. Een plotseling sterke stijging moet wel een reden hebben, zoals aanpassingen of verbetering. Voor sociale-huurwoningen zijn er wel bovengrenzen. Hiervan mocht de huur volgens de regels in 2016 minimaal 2,1% en maximaal 4,6% per jaar stijgen.