Op de zesde verdieping van zorgcentrum Careyn Tuindorp Oost woont Riet van der Meulen. Het verzorgingshuis wordt de komende jaren vervangen door nieuwbouw. Daarom is er een opnamestop voor ouderen. In de leeggekomen appartementen wonen nu studenten. “Hartstikke gezellig! Er is zelfs een baby geboren.”
Vanuit haar raam heeft Riet een wijds uitzicht. Nu de bomen kaal zijn, ziet ze zelfs de Dom. “Elf jaar geleden woonde ik nog met mijn man in een groot huis in Tuindorp”, vertelt ze. “Op een dag liepen we samen de trap op. Hij viel en kwam boven op mij terecht. We waren bont en blauw. Mijn dochter vond dat het zo niet langer kon, en regelde een plek in dit verzorgingshuis.”
Het zorgcentrum heeft 14 driekamerappartementen, 61 grote tweekamerappartementen en 52 kleine tweekamerappartementen. Allemaal met eigen sanitair en een keuken. Riet en haar man kwamen in het grootste type appartement, bestemd voor echtparen.
“Als ik iemand nodig heb, druk ik op de knop”
Zeven jaar geleden overleed Riets man. “Vroeger moest je dan doorschuiven naar een tweekamerappartement, om plaats te maken voor nieuwe echtparen. Maar ik hoefde dat niet. Heel fijn, want als je ouder wordt, zie je op tegen verhuizen.”
Riet mocht blijven omdat het huidige verzorgingshuis wordt afgebroken. Daarvoor in de plaats komen 207 levensloopbestendige appartementen, waaronder zorgwoningen. De oplevering is eind 2018.
In de tussenfase is er een opnamestop voor ouderen. De vrijkomende appartementen worden tot aan de sloop bewoond door studenten. “Op mijn gang zijn nu al drie appartementen met jonge mensen. Laatst is er zelfs een baby geboren. Hartstikke gezellig! Zo blijft het hier levendig”, vindt Riet. “Als we elkaar zien, zwaaien we of maken we een praatje. In het begin hebben ze zich allemaal voorgesteld. Keurig zoals het hoort.”
Riet woont, zoals ze zelf zegt, “zelfstandig met een beetje hulp”. En dat bevalt prima. “Het contact met de andere bewoners is reuze goed, en het eten heerlijk! Ik heb een apparaatje om mijn nek. Als ik iemand nodig heb, druk ik op de knop. Maar laatst had ik het een keer niet om en ben ik gevallen in mijn woonkamer. Mijn kleinzoon heeft me toen gevonden. Sinds die tijd komt het personeel elke ochtend even kijken, en mijn dochter belt ‘s avonds om te vragen of alles goed gaat.”
Riets dochter woont vlakbij, in Tuindorp. “Elke woensdagochtend komt ze koffiedrinken. En als ik ergens naartoe moet, kan ik haar altijd bellen. Ik heb ook nog twee zoons. Zij wonen in Maarssenbroek en Hoofddorp en komen elke maand wel een keertje langs.”
“De boodschappen deed ik tot nu toe zelf in Winkelcentrum De Gaard, met mijn rollator. Laatst was er een ontzettend harde wind. Toen ben ik met mijn kar de straat over geslingerd. Het is goed gegaan, maar voortaan kan ik mijn spullen beter in het winkeltje hier beneden kopen.”
Het zorgcentrum heeft niet alleen een winkeltje, maar ook een kapsalon, pedicure en bibliotheek. Riet maakt regelmatig gebruik van die faciliteiten. “De bibliotheek is heel goedkoop”, zegt ze. “Een kwartje of een dubbeltje per boek.”
In de grote zaal worden gemeenschappelijke activiteiten georganiseerd. Er zijn bijvoorbeeld lezingen, creatieve workshops, spelletjesmiddagen en een zangkoor. “Sommige mensen gaan overal naartoe. Die vervelen zich”, zegt Riet. “Daar heb ik nooit last van. Ik ga weleens een mooie film kijken in de zaal, maar verder ben ik het liefst op mijzelf. Ik lees dan in mijn eigen stoel of ik kijk tv. Vooral als er voetbal is, wil ik niks missen!”
Fotografie: Puck ’t Hart; Tekst: Saskia Engbers.